5 veel voorkomende factoren die van invloed zijn op het ontstaan van een paniekaanval

Op deze pagina lees je over:

 

  • De 5 veelvoorkomende factoren die van invloed zijn op het ontstaan van een paniekaanval
  • De echte  oorzaak voor het hebben van een angststoornis, paniekaanvallen en angst voor de angst
  • Hoe je jouw paniekaanvallen overwint

Een paniekaanval kan je zomaar overvallen, alsof het komt uit het niets. Maar het kan natuurlijk ook een duidelijke aanleiding hebben, zoals bijvoorbeeld een zeer stressvolle situatie. In deze blog geef ik aan wat de 5 meest voorkomende factoren zijn die invloed hebben op het ontstaan van een paniekaanval.

Waarschijnlijk zal iedereen wel een keer in zijn of haar leven zo een paniekaanval meemaken. Of het nu een externe aanleiding heeft, zoals bijvoorbeeld een brand of een overval (of iets minder ernstigs kan ook natuurlijk) of dat er geen enkele aanwijsbare externe aanleiding aan vooraf ging.

Waardoor komt het dat ongeveer 1 op de 5 mensen een angststoornis ontwikkelt en de rest niet?

Met andere woorden, wat is nu eigenlijk de echte oorzaak voor het ontwikkelen van een angststoornis en het hebben van paniekaanvallen en angst voor de angst?

En hoe pak je deze oorzaak aan en los je dit probleem op?

Lees het allemaal verder in deze blog!

5 veelvoorkomende factoren die van invloed zijn op het ontstaan van een paniekaanval

Er zijn diverse aanleidingen die een paniekaanval kunnen uitlokken. Ook al lijkt het vaak ‘uit het niets te komen’, zie je dikwijls dat er toch een of meerdere van onderstaande factoren een rol hebben gespeeld.

1. Een reële dreiging

Dit is natuurlijk de meest logische verklaring voor het hebben van een paniekaanval.
Wanneer er namelijk sprake is van een reëel gevaar is het niet meer dan normaal dat jouw paniekmodus wordt geactiveerd. Je lichaam wordt sneller dan snel in staat gebracht om te kunnen vechten of vluchten (de bekende fight of fleed reactie). Het is dus een noodzakelijk en uitermate handig en soms levensreddend mechanisme. Namelijk, op het moment dat er een bedreiging is (bijv. brand breekt uit of je kind wilt de straat overrennen zonder uit te kijken), willen we natuurlijk dat we zonder nadenken kunnen handelen om ons of anderen uit de situatie te kunnen redden.

2. Een ingrijpende gebeurtenis

De kans is groot dat je op een bepaald moment in je leven te maken krijgt met een ingrijpende gebeurtenis zoals bijvoorbeeld een verlies van een dierbare, een faillissement, echtscheiding, misbruik, afscheid van je huisdier of noem maar op.
Dit soort heftige gebeurtenissen hebben vaak een scala aan minder fijne emoties tot gevolg. Verdriet, boosheid, teleurstelling, angst, onzekerheid enz.. Soms vinden we het moeilijk om deze gevoelens toe te laten en te verwerken. Ze stapelen dan als het ware op en zorgen ervoor dat jouw lichaam letterlijk onder spanning komt te staan. Mogelijk merk je eveneens een algemeen gevoel van prikkelbaarheid, opgejaagdheid, concentratieproblemen en/of slaapproblemen. Deze opgehoopte spanning kan paniekaanvallen tot gevolg kan hebben.

3. Chronische disbalans

Ook al lijkt het vaak alsof een paniekaanval zomaar uit het niets komt, veel vaker echter gebeurt dit naar aanleiding van een chronische disbalans in je lichaam. Bijvoorbeeld wanneer we langdurig stress ervaren. Dit kan verschillende aanleidingen hebben zoals bijvoorbeeld drukte op het werk, moeilijk je grenzen kunnen aangeven, problemen binnen relatie/gezin, chronische oververmoeidheid enz.

Al die spanningen zetten het lichaam als het ware ‘vast’ waardoor sommige processen minder constructief kunnen verlopen. Meestal ervaren we dan veel spanning in het bovenlichaam met klachten als hoofdpijn en hyperventilatie als gevolg. Vaak wordt er hulp gevraagd bij een osteopaat of fysiotherapeut om die chronische spanningen uit het lichaam te krijgen. Ook deze spanningen zijn opgehoopte spanningen en kunnen paniekaanvallen tot gevolg hebben.

4. Genetische aanleg en/of opvoeding

Ook al zijn deze factoren twee verschillende, ik heb ze toch samen neergezet. Dat komt omdat we ons nog altijd veelal bezig houden met de vraag: is het vooral onze ‘nature’ of heeft het meer te maken met ‘nurture’? Heeft een angstprobleem meer te maken met onze ‘aard van het beestje’ of ligt het meer bij de opvoeding die we krijgen?

Beide factoren spelen wel een rol in het ontstaan van angstaanvallen, echter is er nog geen duidelijk onderzoek die het een of het ander duidelijk voorop stelt. Zo zien we onderzoeken die aantonen dat bijvoorbeeld jeugdigen die een eerstegraadsfamilielid hebben met een angststoornis, zelfs wel drie- tot vijfmaal zoveel kans op een angststoornis hebben.

Ook kunnen verschillende karaktereigenschappen de kans op problematische angst verhogen. Binnen een gezin zie je vaak verschillende temperamenten bij de kinderen, waardoor we mogelijk kunnen aannemen dat dit ook eerder een soort van ‘voorbepaald’ is, en dus een meer genetische aard heeft.

Je kunt voor jezelf nagaan of je bepaalde angstklachten terug ziet binnen je familie. Wellicht een vader of moeder, opa, oma, oom of tante. Vaak is het prettig om dit eens bespreekbaar te maken om er zo achter te komen dat je zeker niet de enige bent met een gevoeligheid voor het ontwikkelen van (irreële) angst.

5. Middelengebruik en zogenoemde oppeppers

Vaak zijn er meerdere factoren die van invloed zijn op het ontstaan van een paniekaanval. Wellicht ben je al wat nerveuzer van aard (temperament), of heb je veel last van chronische stress.

Hoe dan ook, is het altijd mogelijk dat het gebruik van alcohol, drugs of kalmerende middelen net nog eens een extra trigger vormt voor het ontstaan van een angstaanval. Ook kan het middelengebruik een angstprobleem verergeren.

Dan zijn er ook nog de zogenoemde ‘oppeppende middelen’. Denk aan cafeïne-houdende dranken als red-bull, cola, thee, koffie of zelfs het nuttigen van veel suikers (snoepen). Deze producten kunnen allemaal het vuurtje nog wat extra aanwakkeren en ervoor zorgen dat je sneller in het bekende opgejaagde gevoel terecht komt.

De echte oorzaak voor het hebben van een angststoornis, paniekaanvallen en angst voor de angst

Het ligt natuurlijk voor de hand om te zeggen dat alle bovengenoemde factoren de oorzaak van een paniekaanval kunnen zijn. Je hoort het mensen ook vaak genoeg zeggen. “Door mijn stress heb ik paniekaanvallen gekregen”. “Door het overlijden van mijn vader heb ik angst gekregen.”  Misschien ben je wel geneigd om bepaalde gebeurtenissen uit het verleden aan te wijzen als oorzaak van jouw angst; een minder prettige opvoeding of zelfs de genen waarmee je ‘belast’ bent.

Maar klopt het eigenlijk wel als we zo denken en deze zaken zouden aanwijzen als oorzaak van ons probleem?

Dit zou betekenen dat iedereen in een exact zelfde situatie hetzelfde angstprobleem eraan zou overhouden. En dat is natuurlijk niet zo. Niet alle betrokkenen bij een traumatische gebeurtenis houden er een angststoornis aan over. Niet alle kinderen uit hetzelfde gezin die dezelfde opvoeding krijgen denken, voelen en handelen op dezelfde manier. En noem maar op. Genoeg voorbeelden die erop duiden dat we niet simpelweg een factor, trigger of gebeurtenis als oorzaak van ons angstprobleem kunnen aanwijzen. Gelukkig maar, want vaak zijn dit zaken waar we geen invloed (meer) op kunnen uitoefenen. Met andere woorden; hierin valt niet veel meer op te lossen.

Gelukkig is er een oorzaak van ons probleem die veel beter op te lossen valt.

Het grote verschil tussen twee mensen in identiek dezelfde situatie of tijdens dezelfde gebeurtenis is namelijk de manier waarop ze denken.

Het hebben van een angstprobleem uit zich in een tweetal zaken, namelijk ons gevoel en ons gedrag. We voelen ons angstig en we doen bepaalde zaken om dit gevoel weg te kunnen krijgen (veiligheidsmiddelen, vermijdingsgedrag enz..) Hetgeen hieraan vooraf gaat zijn onze gedachten. Kijk maar eens naar onderstaand schema:

denken voelen gedrag

We denken iets, hierdoor krijgen we een bepaald gevoel en daardoor gedragen we ons op een bepaalde manier.

De oorzaak van een angstprobleem is dus ons eigen denken!

Het zijn telkens onze eigen gedachten die ons angstig maken. Of het nu gaat om onjuiste interpretaties van lichamelijke sensaties, gedachten invullen die anderen over je zouden kunnen hebben, of gedachten over iets waarvan jij denkt dat het ondraaglijk is, de negatieve inhoud ervan zal spanning geven en angst kunnen veroorzaken.

Om welke reden een paniekaanval dan ook wordt uitgelokt, het hebben ervan voelt vaak zo bedreigend (mede doordat je vaak ook niet weet wat er gaande is) dat je geneigd zal zijn om allerlei doemscenario’s te bedenken over wat jou op dat moment overkomt. Vervolgens komt er angst voor de angst omdat je ervoor wilt zorgen dat je deze nare situatie niet nog eens wilt meemaken. Deze anticipatieangst creëert een angstprobleem en houdt deze tevens in stand.

Wat moeten we dus doen als we ons probleem willen aanpakken? Precies, onze gedachten veranderen!

Als je anders leert denken zul je je ook anders gaan voelen. Je kunt dus jouw gevoel van angst op deze manier direct beïnvloeden en de vicieuze cirkel van angst doorbreken!

 

 

Hoe je jouw paniekaanvallen overwint

Om maar met de deur in huis te vallen: een angstprobleem gaat niet snel vanzelf over. Ook krijg je dit niet ‘weggepraat’ tijdens een wekelijks uurtje bij de psycholoog. Zelfs het aangaan van je ergste angst zal er niet voor zorgen dat je probleem over is.

Zorg ervoor dat je kennis hebt van jouw probleem. Verdiep je erin, lees erover, zoek dingen op. In mijn online programma leren deelnemers o.a. over: wat angst is en hoe deze wordt veroorzaakt, hoe de vicieuze cirkel van angst er uitziet en hoe je deze kan doorbreken.

Vervolgens ga je onderzoeken welke gedachten jouw probleem creëren en in stand houden. Een gedachte als “ik ga flauwvallen” of “ik krijg iets aan mijn hart” zijn bijvoorbeeld veelvoorkomende gedachten van mensen die dit probleem ervaren. Deze gedachten komen dan heel frequent voor. Echter blijken ze zo goed als altijd niet realistisch te zijn. Maar als je deze gedachte denkt, is het natuurlijk wel heel logisch dat je veel spanning kunt ervaren.

Nadat je kunt concluderen dat een heel aantal negatieve gedachten onrealistisch zijn, is het natuurlijk van belang dat je er iets voor in de plaats gaat zetten. Ga dus op zoek naar gedachten die wel realistisch zijn. Liefst ook nog prettig en constructief!

Zo oefenen deelnemers van het online programma met diverse tools waarmee ze nieuwe, prettigere en meer realistische gedachten leren denken in situaties waar dit nodig is.  Je zult zien, als je dit goed aanpakt, dat de spanning snel lager wordt.

Wil jij mijn hulp om jouw paniekaanvallen aan te pakken? Start dan met het online programma STOP JOUW PANIEKAANVALLEN en neem deel aan de live bijeenkomsten. Ik help je graag op weg!